De grote banken willen de affaire met rentederivaten in het midden- en kleinbedrijf graag voor het eind dit jaar achter de rug hebben. Topmannen Kees van Dijkhuizen van ABN AMRO, Wiebe Draijer van Rabobank en ING-bestuurder Roland Boekhout verklaarden in een hoorzitting in de Tweede Kamer dat ze daar geen extra prikkels voor nodig hebben.
,,Ik heb oprecht geen aanvullende prikkel nodig om dit snel op te willen lossen”, verklaarde Draijer naar aanleiding van een suggestie vanuit de Kamer dat er best een extra vergoeding naar gedupeerde mkb’ers mag gaan als het allemaal nog langer duurt. Hij vreest dat extra ingrepen nu alleen maar extra vertraging zouden veroorzaken.
In totaal zes banken gingen in 2016 akkoord met een grote compensatieregeling, omdat ze in het verleden ondernemers met veel te ingewikkelde financiële producten hebben opgescheept. Bijvoorbeeld boeren en binnenvaartschippers zijn door die derivaten in grote financiële moeilijkheden gekomen. Het hele compensatieproces duurt echter allemaal een stuk langer dan gedacht.
Van Dijkhuizen vat zijn standpunt kort samen: ,,We kunnen gewoon niet harder werken.” Ook Rutger Schimmelpenninck van de commissie achter de grote compensatieregeling ziet niets in een extra prikkel voor de banken. Het gaat immers om een hele complexe zaak.
De banken hebben tot dusver wel 700 miljoen euro aan voorschotten aangeboden op de uiteindelijke compensatie. In totaal zullen de banken zo’n 1,5 miljard euro moeten betalen aan circa 19.000 ondernemers die voor een vergoeding in aanmerking komen.
MKB-Nederland en andere belangenorganisaties klagen over de grote bureaucratie in het hele proces. Daardoor zouden gedupeerde ondernemers ,,onacceptabel lang" op compensatie moeten wachten. Die bureaucratie houdt onder meer in dat ook onafhankelijke controleurs van buiten de banken alle dossiers moeten nalopen.
Een idee zou kunnen zijn om die extra controle dan maar niet te doen. Maar bestuurder Gerben Everts van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) zegt dat dit niet verstandig is. Het komt voor dat er fouten worden gemaakt en daarom is de extra controle erg belangrijk, aldus de toezichthouder.